zaterdag 6 december 2014

Louis Beyens DE GRAANGODIN 2004

(p.224) De jager-verzamelaar begreep zeer goed dat de vrouw, maar ook de wijfjesdieren, een essentiële rol speelde in het in stand houden van de bevolking op de aarde. Wellicht waren de paleolithische venusbeeldjes tot op zekere hoogte een neerslag van deze vrouwelijke kracht. Tot op zekere hoogte want over de betekenis van de venusbeelden zijn de onderzoekers het verre van eens. Deze beeldjes werden lang beschouwd als loutere sekssymbolen. (…) Ze moesten evenwel niet noodzakelijk verwijzen naar het erotische of het seksuele genot. Het ging trouwens ook niet om de voorstelling van één bepaalde vrouw, want deze venusbeeldjes waren anoniem, ze hebben wel een hoofd maar meestal geen gezicht. Prehistorische kunst is immers nooit of zelden anekdotisch maar wel exemplarisch. Een andere denkpiste exploreerde eerder of er geen verband zou kunnen zijn tussen de uitgesproken seksuele geaardheid van de venusbeeldjes en het idee vruchtbaarheid en bevalling. Toch ging de antropoloog Richard Rudgley nog een stapje verder. Hij sloot zich aan bij de visie van Alexander Marshack die zich gewijd heeft aan de studie van de Venus van Willendorf. Deze onderzoeker meende dat ‘de vrouwelijke beeltenis een symbool en metafoor was met een veelvoud aan betekenissen. […] De Venus van Willendorf was in haar cultuur en tijdperk, niet in het onze, duidelijk behangen met afleidingen en betekenissen. Ze was in feite een naslagwerk en een veelbetekenend veelzijdig symbool.’ Het beeld was dus van nature méérzinnig, hetgeen net de kracht is van de beeldspraak, die niet verplicht tot één enkele interpretatie.

(p.234) De rijkdom aan Moedergodinnen te Çatal Hüyük heeft recent op een aantal feministische genootschappen gewerkt als een magneet. Een dominerende godin die garant stond voor vruchtbaarheid, die het wilde beheerste, die over vrede waakte. Helaas werd maar al te vlug vergeten dat het rode oog van de stier nooit veraf was.




Er was die avond een heel mooie samenstand van de wassende maan en Mars. Op het hoogtepunt stond Mars minder dan 1 maandiameter van de maan af. De foto heb ik gemaakt door een Sony Cyber-shot DSC-W17 digitale compactcamera los voor het oculair van een Meade ETX-70 telescoop te houden. Na meerdere pogingen had ik een paar scherpe foto's, waaronder deze. De foto is daarna wel bewerkt. De kleuren zijn wat minder sterk gemaakt om een blauwe rand om de maan weg te poetsen. Die blauwe rand is mogelijk veroorzaakt door chromatische aberratie. Tevens heb ik voor Mars de helderheid en het contrast verhoogd om zoveel mogelijk de werkelijkheid qua helderheid te benaderen. Het beeld dat zo ontstond, kon ik destijds met eigen ogen zien. 


Raymond Westheim
6 maart 2006 

http://www.sterrenwachthalley.nl/verslagen/verslagen2006/maanfotos.html