dinsdag 21 oktober 2014

Liggend in bed, voor het slapengaan, herlees ik na bijna twintig jaar DE WETTEN van Connie Palmen. Ik herken van de inhoud nog maar weinig. Dat komt waarschijnlijk ook omdat ik het boek nu, na bijna twintig jaar, met andere ogen lees.



(pag. 205:)  "Gistermiddag was ik toch bij die oude vriend van me, een beeldhouwer. Hij zei iets dat me erg raakte. Hij zei, je moet het voor jezelf doen, beeldhouwen, het is iets wat in zichzelf zinvol moet zijn, het maken. En dat de rest, alles daar omheen, circus is, onzin. Het heeft niks met het beeldhouwen te maken. Ik geloof dat hij daar gelijk in heeft."
"Ik niet. Eten en drinken kun je voor jezelf doen, en kennis vergaren, maar kunst kan volgens mij niet puur en alleen iets voor jezelf zijn. Kunst is toch ook de keuze voor een manier om met de anderen om te gaan, met de hele wereld, als het even meezit? Je kunt de wereld bereiken, via een ding, een beeld, een boek, en je kunt met de wereld praten zonder er zelf in persoon bij te hoeven zijn. Je bent er en tegelijk ben je er niet, is er alleen het ding, en breng je via dat ding je eigen bestaan in verband met het bestaan van iedereen. Je moet je durven laten bemiddelen door iets anders dan jezelf, iets wat toch jouw naam draagt."
"Klinkt ook weer heel waar."

(en vanaf onderaan pag. 206:) "Natuurlijk is iedereen kunstenaar, maar niet iedereen exposeert, publiceert, treedt op, dat is het verschil. Je bent volgens mij een kunstenaar wanneer je de gemaakte dingen los kunt laten. Zolang je je smartelijke gedichten, je schilderijen of molentjes van luciferstokjes in het dressoir laat liggen, heb je met de anderen niks van doen. Je wordt kunstenaar als je de grens overschrijdt, de drempel neemt naar het publiek. Dan pas stel je de wereld in staat betekenis te geven aan iets." 
"Maar je hebt de wereld toch niet nodig."
"Misschien heeft de wereld jou nodig."
"Welnee, daar buiten zit niemand op Lucas Asbeek te wachten."
"Jawel, Lucas. Ik ben buiten. Ik wacht op jou, liefste."

"Soms spreek je als een orakel, Marie. Dan voel ik wel dat het waar is wat je zegt en dat je het goed met mij voor hebt, maar ik begrijp er niks van."
(tot zover)


Ja ja, je kunt wel zien dat ze doorgeleerd heeft, oes Connie!


Zittend aan tafel, 's morgens, lees ik VERREK HET IS GEEN KUNSTENAAR Gerard Reve en het schrijverschap van Edwin Praat, een zeer recente uitgave van de Amsterdam University Press. En daarin lees ik dat Gerard Reve zoveel intelligenter en interessanter omgaat met dezelfde thematiek. Veel creatiever en dubbelzinniger, humoristischer ook. Enfin, lees het zelf maar. Oes Connie kan de pot op! Al heeft ze natuurlijk niet helemaal ongelijk.

Blijf ik zitten met de vraag: zit er daar buiten iemand op mij te wachten?